9.2 De incendio urbis Romae

Opmerking

Versie 1:

Terwijl Nero keizer was overkwam Rome een grote ramp, zwaarder en verschrikkelijker dan alle andere rampen, die Rome ooit overkwam door geweld van vuur. De brand ontstond in dat gedeelte van het Circus Maximus, dat grensde aan de Platinus- en de Calliusheuvel. Daar immers in die winkels vatte eerst de koopwaar vuur waardoor de vlammen werden gevoed. Daarna werd het vuur nog aangewakkerd door een plotse wind en verspreidde zich over heel de lengte van het Circus. In zijn vaart zette de brand de vlakke delen van de stad in vuur en vlam, breidde zich uit naar de heuvels en verteerde opnieuw de lager gelegen plaatsen. Niet alleen werden verschillende huurhuizen waarin het volk woonde maar ook huizen van de rijken en vele tempels verwoest. Kinderen en diegene die uitgeput waren door de jaren doolden rond in de straten, vrouwen waren bang, sidderden en schreeuwden het uit. Zeer veel burgers, die uit de stad probeerden te vluchten werden omgeven door vuur zowel aan de zijkant als aan de voorkant. Sommigen verhinderden de brandweerlui door te treuzelen en anderen door zich te haasten. Velen kwamen om nadat ze al hun bezittingen hadden verloren. Gedurende zes dagen en zeven nachten raasde dit onheil door de stad. Uiteindelijk doofde de brandweer de vlammen aan de voet van de Estquiliniusheuvel nadat zij over een grote ruimte de gebouwen hadden omvergehaald: zo stond een open ruimte de vlammen in de weg. Het gerucht deed de ronde dat Nero precies op het tijdstip van de brand zijn paleistheater was binnengegaan en dat hij daar de Trojaanse brand had bezongen waarbij hij de huidige catastrofe vergeleek met de vroegere rampen. Sommige schrijvers vertellen ook dat de keizer zelf de brand bevolen heeft en dat hij verboden heeft om het vuur te doven en dat hij nadat er een nieuwe stad gesticht was zijn eigen eer heeft gezocht. Omdat deze schande niet verdween beschuldigde Nero de Christenen en hij legde hen dan ook de zwaarste straffen op. Gehuld in huiden van wilde dieren werden ze door honden verscheurd of genageld aan het kruis werden ze verbrand. Voor dat spektakel bood de keizer s'nachts zijn eigen tuinen aan. Door deze gruwel werden zelfs Romeinse burgers bewogen door medelijden tegenover de Christenen.

Opmerking

Versie 2:

Terwijl Nero keizer was overkwam Rome een grote ramp, zwaarder en verschrikkelijker dan alle andere rampen, die Rome ooit overkwam door geweld van vuur. De brand ontstond in dat gedeelte van het Circus Maximus, dat grensde aan de Platinus- en de Calliusheuvel. Want daar in die winkels vatte eerst de koopwaar vuur waardoor de vlammen gevoed worden. Daarna werd het vuur nog aangewakkerd door een plotse wind en verspreidde het zich snel langs de lengte van het Circus. In zijn vaart zette de brand de vlakke delen van de stad in vlam, klimt op naar de heuvels en verteerde opnieuw de lager gelegen plaatsen. Niet alleen werden verschillende huurhuizen waarin het volk woonde maar ook huizen van de rijken en vele tempels verwoest. Kinderen en diegene die uitgeput waren door de jaren doolden rond in de straten, vrouwen waren bang, sidderden en schreeuwden het uit. Zeer veel burgers, die uit de stad probeerden te vluchten worden vaak aan de zijkanten of aan de voorkant door het vuur omsingeld. Sommigen verhinderden de brandweerlui door te treuzelen en anderen door zich te haasten. Velen kwamen om nadat ze al hun bezittingen hadden verloren. Gedurende zes dagen en zeven nachten raasde dit onheil door de stad. Uiteindelijk doofde de brandweer de vlammen aan de voet van de Estquiliniusheuvel nadat zij over een grote ruimte de gebouwen hadden omvergehaald: zo stond er immers een open vlakte de vlammen in de weg. Het gerucht deed de ronde dat Nero precies op het tijdstip van de brand zijn paleistheater was binnengegaan en de ondergang van Troje had bezongen waarbij hij de huidige catastrofe vergeleek met de vroegere rampen. Sommige schrijvers vertellen ook dat de keizer zelf de brand bevolen had en dat hij verboden had om het vuur te doven en dat hij nadat hij een nieuwe stad gesticht had roem voor zichzelf gezocht had. Omdat deze schande niet verdween beschuldigde Nero de Christenen en hij legde hen dan ook de zwaarste straffen op. Ze werden,Gehuld in huiden van wilde dieren, door honden verscheurd, ofwel, genageld aan het kruis, verbrand. Voor dat spektakel bood de keizer s'nachts zijn tuinen aan. Door deze gruwel werden bepaalde Romeinse burgers bewogen door medelijden tegenover de Christenen.