2.4 Catullus carmina 8

Ongelukkige catullus, je moet ophouden met onzin te praten en je moet beschouwen als verloren wat je ziet dat verloren is. eens zal de zon stralend geschitterd hebben voor jou, waarheen het meisje als geen enkel zal bemind worden (ma da vin k mar raar eigenlijk, kzal wel iets vergete zijn). daar gebeurde toen vele grappige dingen die jij wilde en het meisje niet niet wilde. de zon schitterde echt stralend voor jou. nu wil zij dat niet meer, ook jij machteloze, loop haar die je ontvlucht niet achterna, leef niet ongelukkig, maar hou vol met vastberaden geest, volhard! vaarwel meisje. Catullus verhardt al, en zal jou, onwillende niets verzoeken en niets vragen. Maar jij zal pijn hebben, wanneer je niet zal worden gevraagd.Ach jij, wat een rampzalig leven blijft er voor jou. Wie zal en nu naar jou komen? Voor wie zal je nu mooi lijken? Wie zal jij nu beminnen? Van wie zal je gezegd worden te zijn? Wie zal je kussen? In wiens lipjes zal je bijten? Maar jij, Catullus, hou vastbesloten vol.