6B

In de gestalte van Ascanius gaat Amor de grote zaal binnen. Daar zit koningin Dido op haar gouden zetel. de trojanen en de Tyriers komen reeds samen. ze gaan op de aanligbedden liggen. de trojanen kijken om zich heen. purperen kleden bedekken de aanligbedden. de gouden lampen glanzen. overal zijn slaven en slavinnen druk bezig. in de keuken bereiden 50 slavinnen de maaltijd voor. in de zaal ontvangen 100 slavinnen de gasten. sommigen zetten tafels neer voor Aeneas en zijn makkers, anderen dragen de wijn aan. ze vullen de bekers en delen ze uit aan de trojanen en de tyriers. Amor gaat naar de koningin en geeft aan haar geschenken. zowel de jongen als de geschenken ontroeren haar.Dido ontvangt de god op schoot en geeft hem kusjes. Amor verdrijft de herinnering aan Sychaus gelijdelijk uit het hart van de koningin. De nieuwe liefde vult haar hart.